bongerd groote veen
Bongerd Groote Veen
Stip
Stip is één van de meest voorkomende ziekten in bewaarfruit Stip is één van de meest voorkomende ziekten in bewaarfruit. Het calciumgehalte van de vrucht is een factor die zeer nauw samenhangt met het optreden hiervan. De aanwezigheid van stip kan aan de schil te zien zijn, maar ook zonder uitwendige symptomen kan stip in de vrucht voorkomen. Stip veroorzaakt dat het vruchtvlees vaak bitter smaakt.
Het uiterlijk
Uitwendig is stip te herkennen aan kleine, ingezonken plekjes op de schil, die vaak bruinachtig van kleur zijn. Het inwendige beeld van stip is een verzameling van enkele tot tientallen bruine, sponsachtige plekjes in het vruchtvlees, ter grootte van 2 tot 5 mm. De plekjes komen vaak voor aan de uiteinden van de vaatbundels en meestal aan de neuskant van de vrucht; daar is het calciumgehalte het laagst. Bij zwaardere aantastingen treedt stip op in het gehele vruchtvlees. Stip kan al aan de boom voorkomen (boomstip), maar in de meeste gevallen komt het 'stipbeeld' pas naar voren tijdens de bewaring.
De oorzaak
Het verschijnsel stip heeft één duidelijke oorzaak: een te laag calciumgehalte in de vrucht, vooral in combinatie met een te hoog kaliumgehalte. Vooral de verhouding tussen de gehaltes van deze twee elementen is hierbij van belang. Calcium speelt een grote rol bij het transport van afvalstoffen door de scheidingswanden in de cel. Als er te weinig calcium in de vrucht aanwezig is, wordt dit transport verstoord en hopen de afvalstoffen zich in de cellen op, waardoor ze afsterven. In de vrucht geeft dit het bekende beeld van bruine vlekjes te zien. Kalium kan calcium van zijn plaats verdringen en hierdoor dezelfde gevolgen oproepen als een tekort aan calcium: afgestorven cellen en dus bruine vlekjes.
met schil
zonder schil
doorsnede  
Het verloop van het calciumgehalte
Vanaf de bloei is de calciumtoevoer naar de vrucht groot, zodat het calciumgehalte zeer hoog is. Vanaf 3 tot 6 weken na de bloei komt het opgenomen calcium echter steeds meer ten goede aan de scheutgroei en krijgt de vrucht vrijwel niets meer. Er kan zelfs, bij zeer sterke scheutgroei, calcium aan de vrucht onttrokken worden. Wanneer de vrucht gaat groeien, wordt het aanwezige calcium verdeeld over de vrucht. Dat de hoeveelheid relatief kleiner wordt noemen we 'het verdunnings-effect'. De hoeveelheid calcium per 100 gram vruchtgewicht kan dan alleen nog maar dalen. De hoeveelheid calcium aan het begin van het seizoen is dus de basis van het calciumgehalte bij de pluk!
calcium
Invloeden
Er zijn vele factoren die de gevoeligheid voor stip vergroten, mede door hun invloed op het calcium-gehalte in de vrucht. Deze factoren zijn:
  • Het type bloei: bij een zo genaamde groene bloei zal de calciumtoevoer naar de vrucht van korte duur zijn door concurrentie van de zich vlot ontwikkelende scheutgroei. Aan het begin van het groeiseizoen zal het calciumgehalte laag zijn en zich niet meer voldoende kunnen herstellen zonder calciumbespuitingen.
  • Groei factoren zoals scheutgroei, dracht en vruchtmaat. Bij een matige tot slechte of onregelmatige dracht treedt vaak sterke scheutgroei op. Bovendien gaat een slechte dracht vaak gepaard met grove vruchten. Het calciumgehalte in deze grove vruchten is meestal laag en daardoor is de kans op stip groter. Het blijkt uit de praktijk dat grove vruchten gevoeliger zijn voor stip dan kleinere vruchten. Maar kleine vruchten van slecht dragende bomen zijn weer gevoeliger dan grove vruchten van goed dragende bomen.
  • De grondsoort: op kalkarme gronden is het calciumgehalte in de vruchten laag, waardoor de kans op stip groter is. Bekalking in een bestaande boomgaard is echter niet altijd de oplossing, omdat hierdoor veelal extra kalium uit de grond beschikbaar kan komen voor opname. De kans op stip wordt daar eerder groter dan kleiner door.
  • Rasverschillen: het optreden van stip is erg afhankelijk van het ras.
  • Het pluktijdstip: een te vroege pluk werkt stip in de hand. Denk maar eens aan de grote problemen met stip in te vroeg geplukte James Grieve.
verbranding
Het voorkómen van stip
Door het calciumgehalte in de vrucht te verhogen wordt de kans op stip wordt verkleind. Hiervoor zijn enkele mogelijkheden om dit te bewerkstelligen:
  • Voorzover het binnen de mogelijkheden van een fruitteler ligt, dient gezorgd te worden voor een regelmatige en goede dracht, bijvoorbeeld door beurtjaren te voorkomen.
  • Vanaf de rui tot aan de oogst dient veelvuldig gespoten te worden met calcium. Bij stipgevoelige rassen kan het aantal bespuitingen tot 12 à 15 keer oplopen. Met behulp van een vruchtanalyse kan het calciumgehalte bepaald worden. Bij een te laag calciumgehalte kan vlak voor de pluk met verhoogde concentratie kalk gespoten worden, om de bewaarkwaliteit van het fruit te verbeteren. Spuit niet boven de 22ºC. i.v.m. bladverbranding. Gemiddeld is stip door deze methode met 1/3 tot 1/4 terug te brengen ten opzichte van onbehandeld fruit. Het calcium dringt door de vruchtschil een aantal cellagen diep in het vruchtvlees en vrijwaart althans de buitenste vruchtschors voor stip.
  • Pas met beleid kaliumbemesting toe! Een overmaat aan kalium heeft vooral invloed op de vrucht- en bewaarkwaliteit bij de appel. Bij een hoge kalidruk komt het calciumgehalte van de vruchten in het gedrang en vermindert de bewaarcapaciteit van de vruchten. Tevens werkt een hoge kalidruk magnesiumgebrek in de hand.
  • Snoei met overleg. Snoei is groei, groei is scheutvorming, scheutvorming onttrekt calcium.
  • Door het wegnemen van sterk groeiende scheuten (zomersnoei) kan de calciumonttrekking uit de vrucht worden tegengegaan, doordat de blad / vruchtverhouding wordt verbeterd.
  • Om het calciumgehalte in de vrucht te verhogen en daarmee het optreden van stip te reduceren, is het onderdompelen van de vruchten in een 2 tot 4% calciumchloride oplossing, direct na de oogst. Het resultaat van deze zéér effectieve behandeling staat gelijk aan dat van vier calciumbespuitingen.
    Boven alles geldt bij de bewaring het volgende: Wanneer uit de praktijk blijkt, dat de partij gevoelig is voor zacht en stip, bewaar dan niet tot het uiterste, maar consumeer of verwerk de vruchten tijdig!
calsium
Rassen die vatbaar zijn voor stip
  • Cox`s Orange Pippin. +
  • Notarisappel. ±
  • Schone van Boskoop. ±
  • Karmijn de Sonnaville. +
  • James Grieve. +
  • Glorie van Holland. ±
  • Gravensteiner. ±
  • Jaques Lebel. +
  • Landsberger Reinette. ±
  • Laxton`s Superb. ±
  • Neuer Berner Rosenapfel.±
  • Present van Engeland. ±
  • Ribston Pippin. +
  • Rode Jonathan. ±
  • Schöner von Nordhausen.±
  • Baumann`s Reinette.+
  • Alkmene. ±
  • Blenheim Orange. +
  • Boiken. ±
  • Breuhahn. ±
Geraadpleegde lectuur
  • Bemesting- en bladvoedingsgids appel.
  • Onder de schil gekeken, Fruitteelt.
  • Leerboek der Fruitteelt.
  • Kijk op vruchtkwaliteit.
22.05.2011